Cromstrijen stijgt 172 plaatsen bij landelijke MKB-verkiezing
Cromstrijen heeft haar lokale ondernemers hoog in het vaandel staan. Zo organiseert zij sinds 2014 tweemaal per jaar een themabijeenkomst voor ondernemers, brengt de wethouder Economische Zaken regelmatig een bezoek aan bedrijven en vervult de bedrijfscontactfunctionaris een belangrijke bijdrage in de contacten met het bedrijfsleven. Deze inzet bleef niet onopgemerkt. De gemeente steeg in de landelijke verkiezing ‘MKB-vriendelijkste gemeente’ 172 plaatsen. “Een resultaat waar ik bijzonder trots op ben”, aldus wethouder Economische Zaken, Pieter Paans.
Initiatief MKB en ministerie van EL&I | Dit tweejaarlijkse onderzoek is een initiatief van MKB Nederland en het ministerie van EL&I. De verkiezing dringt gemeenten erop aan om zich in te spannen voor het midden- en kleinbedrijf en goed economisch beleid te voeren.
Vergelijk met andere gemeenten | Het doel van het onderzoek is het vaststellen van een ranglijst van gemeenten. Het gaat voor een deel over de individuele prestaties per gemeente maar voornamelijk over de prestaties in vergelijking met andere gemeenten. Zo is de tevredenheid van de ondernemer over de eigen gemeenten gemeten, het imago van de gemeente bij ondernemers buiten de gemeente, de gemeentelijke communicatie en het gemeentelijke beleid gericht op het midden- en kleinbedrijf en de beleving van gemeentelijke lasten (prijs/kwaliteitsverhouding).
13e plaats in provinciale ranglijst | Aan het onderzoek deden 38 ondernemers uit de gemeente Cromstrijen deel. Cromstrijen steeg op de provinciale ranglijst van plaats 44 (in 2012/2013) naar plaats 13. Op de totale landelijke ranglijst van de 390 gemeenten is Cromstrijen 172 plaatsen gestegen, van plaats 286 (in 2012/2013) naar plaats 114. Wethouder Pieter Paans: “Ik zie dit echt als een compliment voor de inzet en contacten die we de afgelopen jaren deden richting onze ondernemers. Deze inzet zetten we zeker voort met onze bedrijfscontacten en -bijeenkomsten en het gezamenlijk ontwikkelen van een lokale economische visie.”
