Vrienden ’t Hooft stappen naar de rechter
Puttershoek – De Vrienden van ’t Hooft van Benthuizen gaan het besluit van het college, om het voormalig stoomgemaal niet aan te wijzen tot gemeentelijk monument, aanvechten bij de rechter.
In januari 2012 besloot het college van de gemeente Binnenmaas al dat men ’t Hooft van Benthuizen niet wilde aanwijzen tot gemeentelijk monument, maar n.a.v. de vele bezwaren op dit besluit, besloot het college om in mei een hoorzitting te organiseren, waarbij alle partijen gehoord werden.
Naast eigenaar NCB en de gemeente, die het besluit verdedigden, werden ook de indieners van bezwaar gehoord. De Vrienden van ’t Hooft, bond Heemschut, Erfgoedkoepel HW, Federatie Industrieel Erfgoed en de Nederlandse gemalen stichting pleitten tijdens die hoorzitting voor behoud van ’t Hooft.
In september kwam de commissie bezwaarschriften van de gemeente met haar oordeel en advies en verklaarde alle bezwaren ongegrond met de kanttekening dat het college de motivering voor wat betreft de (financiële) belangen van de eigenaar moest verbeteren.
Nu het college begin oktober een definitief besluit heeft genomen om ’t Hooft niet aan te wijzen als gemeentelijk monument, is alleen een gang naar de rechter nog mogelijk om dit besluit aan te vechten.
Bert Klein van de Vrienden van ’t Hooft acht een gang naar de rechter zeker zinvol. “We vonden het oordeel en advies van de commissie bezwaarschriften al behoorlijk eenzijdig. Vrijwel al onze argumenten werden van tafel geveegd, terwijl we toch behoorlijk goed onderbouwde argumenten naar voren brachten”; aldus Klein.
“Ook de nadere motivering van het college is dusdanig summier, dat dit kansen biedt bij de rechter en bovendien is er nog een uitspraak van de Raad van State die we zeker gaan gebruiken bij onze rechtsgang”; besluit Klein.
Beroep instellen bij de rechtbank kan tot 6 weken na dagtekening van het besluit.